Dringend gezocht: een ander onderwerp
Het reilen en zeilen op de financiële markten wordt nog steeds, tot vervelens toe, vertroebeld door de wispelturige acties en impulsieve reacties van de Amerikaanse president. Veel logica lijkt er niet te zitten in zijn beslissingen, want de gevolgen ervan zijn in de 1ste plaats schadelijk voor de eigen economie
Het bonte allegaartje van capricieuze invallen veroorzaakt onvoorzienbare plotwendingen veroorzaken, wat vanzelfsprekend niet bevorderlijk is voor de voorspelbaarheid van de koersbewegingen en onnodige onzekerheid creëert.
Het is allemaal maar negotiatiepolitiek, dat weten we intussen wel. Maar wanneer Wall Street die strategie op vernederende wijze omschrijft als TACO (‘Trump Always Chickens Out’), beledigt men de huidige bewoner van het Witte Huis in hart en nieren, zodat hij zich verplicht voelt om ergens een maatregel te nemen die het tegendeel bewijst.
Wie wordt kop van jut?
China zette de VS intussen schaakmat door de uitbreiding van het verbod op de uitvoer van zeldzame metalen naar de VS, waardoor precies de meest innovatieve component van de Amerikaanse technologie wordt getroffen. Na die nieuwe, smadelijke nederlaag in het handelsconflict met China, ging Trumps administratie naarstig op zoek naar een makkelijkere tegenstander waarmee het TACO-uitgangspunt kon worden ontkracht. De meest voor de hand liggende slachtoffers voor de Amerikaanse vergelding zijn de invoertarieven van staal en aluminium en de handelsrelaties met de EU.
Bij de invoertarieven van staal en aluminium beschikt Trump over een wat sterkere juridische basis1. Hij kan uitpakken met een sterk symbolisch geladen signaal naar zijn achterban, de achtergebleven middenklasse. Die wordt dagelijks geconfronteerd met de groeiende welvaartskloof in de VS en neemt snel genoegen met het karikaturale vijandsbeeld dat hen wordt voorbehouden, namelijk dat hun jobs, hun inkomen en de toekomst van hun kinderen worden gestolen door buitenlanders. En dan komen die buitenlanders ook nog eens hun ultralinkse standpunten over morele kwesties opdringen.
Die boodschap gaat erin als koek. Dat er niets van aan is, is niet relevant. Marc Twain gaf 150 jaar geleden al aan hoe je een verhaal het makkelijkst aanvaard krijgt bij een breed publiek: ‘Never let the truth get in the way of good story.’2
De staalindustrie in de VS staat maar in voor 0,3 % van de jobs. Dus zal na korte tijd blijken dat de afscherming van die industrie gepaard gaat met een hoge kost voor de andere industriële activiteiten in de VS. Uit studies naar aanleiding van het vroegere handelsdebacle blijkt dat het de Amerikaanse belastingbetaler 900.000 dollar kost om 1 job in de staalindustrie te redden, én dat het een veelvoud aan werkplaatsen vernietigt in andere industriële sectoren.
Ook ten opzichte van de EU kan de Amerikaanse despoot wat nadrukkelijker op de tafel slaan. Maar daar valt weinig te rapen. Europa heeft een heel beperkt handelsoverschot met de VS als het over goederen gaat, en wat diensten betreft is er zelfs een substantieel overschot aan de Amerikaanse kant. Ook hier zal Trump zichzelf (dat is niet zo erg) en zijn land (dat is veel erger) in de voet schieten. Met wat handigheid bij de Europese onderhandelaars kan er op dit vlak een vergelijk gevonden worden.
Toch blijft er een belangrijk twistpunt, namelijk de verschillen in btw-tarieven. De EU past immers een veel hoger tarief toe dan de VS. Dat geldt weliswaar voor alle producten en diensten maar het betekent ook dat de EU zich in vergelijking (veel) meer verrijkt met btw op invoer uit de VS dan de VS dat doet op de invoer van Europese producten en diensten. Dat kan de motivatie vormen voor een blijvend algemeen tarief van 10 % (of meer) op Europese import.
Nieuwe diepte voor het handelstekort
Grafiek 1: De dramatische ontwikkeling van het handelstekort in de VS
Intussen gaat het van kwaad naar erger met het Amerikaanse handelstekort. De VS was in belangrijke mate afhankelijk van geïmporteerde goederen omdat hun productiecapaciteit niet volstaat om aan de eigen consumptievraag te voldoen. Niks mis mee, want op die manier blijft de inflatie beperkt en relatief stabiel. Dat zwengelt op zijn beurt de Amerikaanse economische groei aan dankzij de relatief lage rentevoeten.
Maar in anticipatie op de tariefverhogingen werd in een versneld tempo geïmporteerd en door de daling van de dollarkoers werd het handelstekort nog verder uitgediept. Economen kennen dat als het J-curve-effect. De gemakkelijkheidsoplossing is om het handelsdeficit te keren door de dollar te laten depreciëren, maar dat heeft een goed gedocumenteerd averechts effect: het maakt de zaak alleen maar erger. Allemaal zo dom.
Financiële markten houden zich (meer dan) kranig
Met al dat gerommel en al die onzekerheid zou je denken dat de beurzen voor lange tijd in een sukkelstraatje zijn beland en alleen uit de duisternis gered kunnen worden door een geste van genade van de Amerikaanse president.
Niets is echter minder waar. Na de onvermijdelijke snoekduik van 2 april die volgde op de burleske vertoning in de rozentuin van het Witte Huis, wisten de meeste Amerikaanse aandelenindices zich, geheel op eigen krachten, uit het troebele moeras te trekken. De uitstekende bedrijfsresultaten en de lagere gerealiseerde inflatie bleken voldoende om de negatieve effecten te compenseren.
Maar toch 2 kritische opmerkingen hierover.
Enerzijds geldt deze wederopstanding op de Amerikaanse beurzen enkel wanneer men abstractie maakt van de recente buiteling van de dollarkoers. Die is grotendeels het gevolg van de verwachte ontsporing van het overheidsbudget en de fundamentele verzwakking van de Amerikaanse munt die daarmee gepaard dreigt te gaan 3.
Anderzijds lijkt dit moedige gedrag op de aandelenmarkten erop te wijzen dat men rekening houdt met de verdere de-escalatie van het handelsconflict als het meest waarschijnlijke scenario. Dat is moedig maar zeker niet zonder risico. De kans is reëel dat het conflict eerst verder zal oplaaien en er daarna pas ruimte ontstaat voor vrede aan het handelsfront. Hoed u dus voor plotse opstoten van volatiliteit, tussentijdse ontgoochelingen en ontmoedigende tegenslagen. Op de financiële markten is het speelveld momenteel gereserveerd voor beleggers met stevige zeemansbenen.
De Europese beurzen leken hoe dan ook weinig last te hebben van de despotische strapatsen uit de VS. Maar dat is slechts schijn. De Europese beursindices ogen sterk dankzij de uitzonderlijk sterke beursprestatie van de commerciële banken en de defensie-industrie. Dat laatste is begrijpelijk na de intentieverklaringen om de militaire uitgaven fors te verhogen. In het zog van de defensiebedrijven (denk aan Rheinmetall, Renk Group, BAE-systems, Thales, Leonardo of Rolls Royce) zijn ook een aantal – in slaap gewiegde – Europese industriële bedrijven aan een opmars begonnen. Andere sectoren presteren duidelijk veel minder goed.
Grafiek 2: Evolutie van de aandelenbeurzen sinds 1 januari 2025
De sterke prestatie van de Europese banken is vooral toe te schrijven aan de hoge marge tussen de interbancaire tarieven en de vergoeding voor spaardeposito’s. Door de (verwachte verdere) afname van de beleidsrente van de ECB slonk de bancaire marge, maar de toegenomen geopolitieke onzekerheid leidde tot een onverwacht grote toeloop aan spaardeposito’s. Daardoor wordt het verlies aan financiële marge meer dan gecompenseerd door de volumestijging. Voorlopig, althans.
Er zijn opvallende verschillen in de beursprestatie tussen landen en sectoren over de periode sinds het begin van het jaar en de start van de herstelperiode, rond 1 mei. Gemeten in euro valt bij de geografische vergelijking vooral de sterke prestatie op van Spanje (+28,1 %), Italië (+19,5 %) en Duitsland (+19 %) sinds het begin van 2025. In Spanje komt dat door het grote gewicht aan traditionele commerciële banken in de beursindex, in Duitsland door het industriële (en defensiegerelateerde) accent. De Italiaanse index eet mee van beide walletjes. De slechtste beursprestaties zijn terug te vinden in Turkije (-21,4 %), Denemarken (13,6 %, waar Vestas en Novo Nordisk een moeilijke periode doorworstelden) en de VS (-11.4 %), vooral omwille van de terugval in de koers van de VS-dollar.
In eigen munt scoren de Amerikaanse return-indices veel beter. Uitgedrukt in dollar laten zowel de NASDAQ als de S&P-index zelfs een positieve return optekenen sinds het jaarbegin. Over de kortere periode sinds 1 mei weet Denemarken een deel van zijn verlies goed te maken, terwijl Italië en Spanje hun posities bevestigen.
Bij de sectorale vergelijking binnen de VS sinds het begin van het jaar valt vooral op dat de waternutsbedrijven verrassend sterk prestesren (+10 % in USD), terwijl de laatste plaats gereserveerd was voor technologische hardware (-18.8 %). In de herstelperiode vanaf 1 mei 2025 zijn de technologiebedrijven terug aan zet met groei in de dubbele cijfers voor semiconductoren (+19,3 %) en de softwaresector (+10,6 %).
In Europa was de winst in 2025 ronduit spectaculair bij de defensiebedrijven (+45,5 %) en de commerciële banken (+30,9 %). De Europese biotechnologie was een markante verliezer met een terugval van 13,8 %.
De deadline om handelsakkoorden te bereiken tussen de VS en Europa was in juli vastgelegd. Dat moment nadert nu wel erg snel. We kunnen dus niet alleen toenemende volatiliteit verwachten, maar ook bloed, zweet en tranen op de beursslagvelden. Gordels vastklikken en vooral niet paniekerig gaan doen.
1 Bij staal en aluminium wijst men graag naar de nationale veiligheid. Maar Canada is de voornaamste leverancier van beide producten en dat land kan moeilijk worden gezien als een bedreiging voor de nationale veiligheid.
2 Net zoals dit het geval is bij die andere 3 grootleveranciers van citaten – Bonaparte, Einstein en Churchill – is het maar de vraag of Marc Twain dit ooit écht gezegd heeft. In deze context geef ik trouwens de voorkeur aan een andere quote van deze populaire Amerikaanse auteur en journalist: ‘The truth is the butter, please pass me the salt.’
3 Als de onverantwoord expansieve budgettaire plannen in de ‘Big Beautiful Bill’ effectief wordt uitgevoerd, zouden de beginletters van het stafrijm weleens kunnen verwijzen naar de verwachte rating van de Amerikaanse staatsschuld.
Bovenstaande informatie voor beleggers houdt op geen enkele wijze verband met uw persoonlijke situatie en vormt dus geen beleggingsadvies. Gelieve het Essentiële-Informatiedocument en het prospectus zorgvuldig te lezen alvorens een investeringsbeslissing te nemen. De rendementen, uitgedrukt in euro's zijn gebaseerd op historische gegevens die geen garantie voor de toekomst bieden. Ze worden berekend exclusief toeslagen en belastingen. De fiscale regels zijn van toepassing op particuliere beleggers die in België wonen. Ze hangen af van de individuele situatie van elke belegger en kunnen in de toekomst aan wijzigingen onderhevig zijn. Beleggingen in dit compartiment zijn onderhevig aan marktschommelingen en de belegger kan in sommige omstandigheden minder ontvangen dan hij/zij belegt. Amerikaanse staatsburgers zijn niet bevoegd om in te schrijven in de compartimenten van onze sicavs. De beheermaatschappij kan besluiten de commercialisatie van haar instellingen voor collectieve belegging stop te zetten, overeenkomstig artikel 93 bis van Richtlijn 2009/65/EG en artikel 32 bis van Richtlijn 2011/61/EU.